Smeerwortel

Door: A. Lemmens.

2023.

Dit kruid kent alleen toepassingen uitwendig. We hoeven het dus niet op te nemen in het voedingsschema van de vogels. Ook vogels kunnen letsels oplopen die uitwendig behandeld moeten worden. Daarom is het goed te weten dat we Smeerwortel hiervoor kunnen gebruiken.

Naamgeving:
Wetenschappelijke naam: symphytum officinale.
Engelse naam: Common comfrey en Russian comfrey.
Franse naam: Consoude officinale en Consoude d´Upland.
Duitse naam: Gemeiner Beinwell en Futter-Beinwell.

Symphytum komt uit het Grieks dat samengroei betekent, het helen van wonden. Officinale betekent geneeskrachtig of uit de apotheek.

Er bestaat ook een hybride vorm van Smeerwortel. Dat is een kruising van Symphytum x uplandicum. Deze wordt Basterdsmeerwortel genoemd. Zie foto 2.

Omschrijving:

Het is een overblijvende plant. De knoppen overwinteren vlak onder de grond waar ze door het strooisel beschermd worden tegen de vorst. De hoofdbloei ligt in april tot en met oktober. De hoogte ligt tussen de 30 en 100 cm. De Basterdsmeerwortel wordt maximaal 180 cm hoog. De wortel is een penwortel. De penwortel is aan de buitenkant vrijwel zwart van kleur en aan de binnenkant wit. De stengels staan recht om hoog, hebben brede vleugels en zijn behaard. De holle bloeistengel zijn dik, vlezig en bovenaan vertakt. De lange stengelbladeren worden naar het uiteinde steeds smaller. De onderste bladeren zijn meestal groter en zijn eivormig tot langwerpig. De verspreid staande bovenste bladeren zijn langwerpig en niet getand. Alleen de onderste bladeren zijn gesteeld. Deze zijn borstelig behaard en de nerven springen uit aan de onderkant van de bladeren. De bladrand is meestal gegolfd. De bloemen zijn tweeslachtig. Ze zijn klokvormig en vormen een knikkende, gevorkte bloeiwijze aan de bovenkant van de stengels. De bloemen zijn paars, vuilrose of wit (niet blauw). Zie foto 1. Ze zijn 1,2 tot 1,8 cm. De kelk is fijn behaard. Het vierhoekige vruchtbeginsel staat omhoog. De vruchten zijn splitvruchten. De vier zwarte nootjes zijn vrijwel glad, glanzend en hebben een vlezig aanhangsel. Tweezaadlobbig.

Medische aspecten:
Bij uitwendig gebruik:
– Helende werking bij kneuzingen.
– Helende werking bij verstuikingen.
– Stimuleert weefsel.
– Stimuleert botgroei.
– Stimuleert Kraakbeen.
– Stimuleert spiercellen.
– Positief effect bij artrose.
– Verbetert doorbloeding van weefsel.
– Werkt bij rugklachten, olie in badwater.

Werkzame stoffen:
– Slijmstoffen.
– Fenolzuur.
– Allantoïne.
– Looistoffen.
– Mineralen.
– Vitaminen, B12.
– Triterpeen.
– Sachariden.
– Etherische olie.
– Pyrrolizidine.
– Alkaloïden.
– Choline.
– Kiezelzuur.
– Rozemarijnzuur.
– Phytosterine.

Voor vogels:

In de handel zijn een aantal producten van Smeerwortel te verkrijgen, zalf, balsem, olie en gedroogde plantendelen. Voor de vogels zijn zalf en olie te gebruiken. De andere producten zijn niet te gebruiken bij de vogels. Zalf is te gebruiken bij verwondingen, bijvoorbeeld verwondingen aan poten, vleugels enz. de olie kunnen we gebruiken bij gewrichtsklachten aan de poten en vleugels of bij kneuzingen aan poten of vleugels.