Rui

Rui van vogels, een noodzakelijk kwaad.
Door: A. Lemmens.

Het is belangrijk dat wij als kwekers het ruiproces van de vogels goed begeleiden. Het ruien van de vogels heeft twee redenen: het vliegvermogen behouden en de warmte vast te kunnen houden. Genetisch is vast gelegd dat een vogel moet gaan ruien. Na het broedseizoen en voor de winter is in de genen van de vogel vastgelegd dat hij moet gaan ruien. Rui betekent voor de vogel levensbehoud. In de loop van het jaar zijn de veren, zowel de donsveren als de pennen, versleten. Deze slijtage komt door de weerstand van de lucht bij het vliegen en door het tegen elkaar schuren van de veren bij alle bewegingen die de vogel maakt. De vogel moet kunnen vliegen om zijn voedsel te kunnen vinden. Voor de winter, die er aan komt, moet de vogel een goed geïsoleerd verenkleed hebben om de kou te kunnen weerstaan. Door de slijtage van de veren, in hoofd zaak de donsveren, sluiten deze niet goed meer bij elkaar aan, waardoor de isolatie minder wordt. Hierdoor kan de vogel zijn lichaamstemperatuur niet meer vasthouden. Om dit te verkomen is het noodzakelijk om de veren te vernieuwen, de rui.

Als het ruiproces begint worden er onder de huid van de vogel de nieuwe veren aangemaakt. Op een gegeven moment worden de oude veren door de nieuwe uit de schacht gedrukt. Voor ons begint dan de rui. Maar eigenlijk is deze al een tijdje aan de gang, want de nieuwe veren zijn al onder de huid aan hun ontwikkeling begonnen. Dit proces gaat niet tegelijk in zijn werk voor elke veer. Voor de pennen gebeurt dit om en om, anders zou de vogel niet meer kunnen vliegen. Er zijn een aantal vogels die wel alle pennen tegelijk verliezen, bijvoorbeeld het vrouwtje toekan, die verliest zijn pennen in de tijd dat ze zit opgesloten in het nest bij het broeden.

Normaal gesproken voltrekt zich de rui een maal per jaar. Dit gebeurt in de maanden augustus en september, indien de kweek gehouden wordt met het verloop van klimaatsseizoenen. Als er met kunstlicht gekweekt wordt, bepalen we aan de hand van de lichturen zelf wanneer rui- en broedperiode begint. Hoe en wanneer de rui begint is ook afhankelijk van de gezondheid van de vogel. Bijvoorbeeld door stress kunnen vogels op willekeurige momenten voor korte of lange tijd in de rui vervallen. Valt de vogel langdurig in de rui, dan noemen we dat stokrui. Zonder menselijk ingrijpen is de vogel in dit geval ten dode opgeschreven. Vitaminen toediening kan hierbij een oplossing zijn. Het ruiproces vergt veel energie van de vogel. Hiermee zullen wij terdege rekening moeten houden door versterkende voeding te geven die dit proces ondersteunt, eiwitrijke voeding is dan van groot belang. Het ruiproces volstrekt zich, in gezonde conditie van de vogel, in een tijdbestek van 6 a 8 weken. Als deze periode langer duurt is er duidelijk een gezondheidsprobleem bij de vogel. Vaak ligt dat aan een tekort aan een bepaalde voedingstof, het kan ook zijn dat de vogel een ziekte onder de leden heeft. Het is in zo’n geval altijd raadzaam de ontlasting te laten onderzoeken van de vogel. Dan weten we wat het is en kunnen we doelmatig ingrijpen.

Jonge vogels , in het eerste jaar, ruien na zo’n 8 weken nadat ze uitgevlogen zijn. Deze vogels ruien alleen hun donsveren. De pennen ruien ze pas het twee jaar. Dit heeft te maken met het feit dat de pennen nog niet aan slijtage onderhevig zijn geweest, weinig vliegen. De donsveren, daar en tegen, zijn vuil en versleten geraakt in het nest door ontlasting en aanraking met de nestgenoten.

Als we broeden met kunstlicht, moeten we meteen na de broed het aantal lichturen van 13 of 14 uren terug brengen naar 10 of elf uren om de rui in gang te zetten. De rui vraag nu eenmaal veel energie van de vogel. Dus, naast het in gang zetten van de rui, is rust van groot belang in deze periode. Laat de vogels zoveel mogelijk met rust. Geen grote schoonmaakbeurten of de vogels uitvangen of andere handelingen die bij de vogel stress kunnen veroorzaken. Zaken die naast een eiwitrijke voeding (eivoer) die belangrijk zijn in de rui zijn; dagelijks baadwater geven waarin baadzout is opgelost. Dit verzacht de huid waardoor de veren makelijker door de huid heen kunnen komen. Geef de vogels genoeg ruimte, anders is de kans op veren plukken groot. Om de vogels af te leiden, in deze periode, is het goed er in de vluchten wat trosgierst of gedroogde grassen op te hangen. Hier mee hebben ze afleiding. Veren plukken kan vele oorzaken hebben. Het is geen ziekte, toch kan het plukken overgedragen worden van de ouders op de jonge vogels. Het is een gedragsoverdracht, jongen zien ouders plukken bootsen het dan na. Vaak heeft het plukken te maken met geen of te weinig mogelijkheden om te baden, verveling, eenzaamheid, stress, te weinig bewegingsvrijheid, irritatie van de huid ( relatieve luchtvochtigheid is te laag bij de vogels), verwondingen ( bloed aan de veren dat andere vogels aan zet tot plukken).

Een goed verloop van de ruiperiode zal zeker een positief gevolg hebben op het eerst volgende tentoonstellingsgebeuren en zeker op het volgende broedseizoen. Een slecht verloop van de rui veroorzaakt niet alleen slechte bevedering maar ook conditie verlies dat nooit te goede komt aan het broedproces.