Door: A. Lemmens.
Bloeitijd: juni tot en met augustus.
Hoogte: 60 tot 120 cm.
Moeras spirea kent in de volksmond vele namen. Enkele hier van zijn: koningin der weiden, olmkruid, magerman, geitenbaard, stijfstok, kamerbloem, spierkruid, zwanenpoot, enz. Deze decoratieve plant hoort tot de roosachtigen. Het is een sterk geurende plant met roomwitte bloemen in vertakte schermen en meestal vijf kroonblaadjes. De bladeren zijn zijdelings gezaagd en wit viltig aan de onderzijde. Het is een plant van natte graslanden, moerassen en oevers van sloten en andere zoet wateren.
Het eerste deel van de Nederlandse naam verwijst naar de vindplaats, moeras. De tweede naam spirea kun je met een beetje creativiteit aspirine in lezen. De plant bezit namelijk dezelfde stof als aspirine, die ontstekingsremmend werkt, acetylsalicylaat. Van oudsher werd moerasspirea dan ook gebruikt om rug- en reumapijnen te onderdrukken. Bijwerkingen schijnt de plant niet te hebben. Integendeel, de plant beschermt het spijsverteringsstelsel, wekt de eetlust op en is effectief bij maagzuur en diarree. Dit kruid heeft over het hele lichaam een zuiverende werking. De zuiverende werking ontstaat door de splitsing van gaultherine (glycosiden, suikers) waardoor citroenzuur ontstaat. Alle zuursoorten, appelazijn, citroenzuur enz. beïnvloeden de zuurgraad van het darmstelsel zodanig dat bacteriën geen kans krijgen zich te vermeerderen. De plant bevat ook de gele kleurstof vanilline die de natuurlijke kleuring van onze vogels bevorderd. Geel wordt geler, groen wordt groener. De andere werkzame stoffen van de plant zijn alkaloïden en looistoffen. Alkaloïden zijn verbindingen die sterke invloed hebben op het zenuwstelsel en de bloedsomloop. Looistoffen hebben een belangrijke rol in het stollingsproces van eiwitten en zware metalen.
De zaden van deze plant worden door de meeste vogels graag opgenomen, de gehele plant bezit de werkzame stoffen, dus ook de zaden. Andere delen van de plant zoals bladeren, bloemen en wortels kunnen gebruikt worden om thee van te trekken die we aan onze vogels kunnen verstrekken. 30 Gram plantendelen per liter kokend heet water en 10 a 15 minuten laten trekken, af laten koelen en aan de vogels geven. De bloemen, die sterk geuren, kunnen we ook gebruiken om in onze vogelhokken op te hangen, die dan zorgen voor een lekkere geur. In juni tot en met augustus, als de plant bloeit, kunnen we de bloemen en bladeren oogsten om ze te drogen, zodat we deze plant ook kunnen gebruiken voor de vogels in de wintermaanden. Zorg bij het drogen dat er geen schimmels ontstaan. Drogen in dunnen lagen op papier dat vocht opneemt. Dit papier dagelijks vervangen door droog papier.
