Door: A. Lemmens.
2019.
Een van de vele grassoorten die als voedingsproduct te gebruiken zijn bij onze vogels, al is het alleen maar om de vogels bezig te houden in hun verblijven. Afleiding kan veel problemen zoals het verenplukken voorkomen. Ook als voedingswaarde kan het een rol spelen bij onze vogels.
Wetenschappelijke naam: Lolium perenne.
Engelse naam: Perennial ryegrass.
Duitse naam: Deutsches Weidelgras.
Franse naam: Ray-grass anglais.
De naam Engels Raaigras komt uit het Engels, daar heet het Engels Ryegrass. Deze naam is ontstaan in de tijd dat het meeste graszaad geïmporteerd werd uit Engeland. De wetenschappelijke naam Lolium is de oude naam voor Raaigras die toen ook wel Dolik heette. Het tweede deel van de wetenschappelijke naam, Perenne, betekent overblijvend
Dit gras is overblijvend. De bloeitijd ligt in de maanden juni, juli, augustus en september. Het gras kan een hoogte hebben van 10 tot 90 cm. De plant heeft geen wortelstokken en kent ook geen uitlopers. De stengels zijn rechtopstaande, glad en onderaan roodachtig van kleur. De plant vormt zoden. De bladeren zijn donkergroen van kleur en zijn 3 tot 4 mm breed. Aan de bovenkant zijn de bladeren fijn gegroefd. De onderkant zijn glanzend van oppervlak. Voordat de bladeren zich ontplooien zijn ze samengevouwen. Op de overgang van bladschede naar de bladschijf bevinden zich vliezige ingesneden tongetjes van zo’n 1 mm lang. Op die zelfde plek bevinden zich ook oortjes. De bloemen zijn tweeslachtig. De plant heeft veel platte aren. De aren zijn 10 tot 20 cm lang. De afzonderlijke aartjes hebben 5 tot 7 bloempjes en zijn zo’n 2 cm lang. De vrucht van deze grassoort wordt Graanvrucht genoemd. De zaden zijn kiembaar tot uiterlijk een jaar. De zaden zijn afzonderlijk in de vrucht.
– Eiwit
– Koolhydraten
– Snelle suiker
– Trage suikers
– Lignine
De voedingswaarde van deze grassoort ligt bij de koolhydraten en het eiwit. De suikers spelen daarnaast ook een beperkte rol. De koolhydraten zijn de brandstof voor de vogel. Doordat de vogels bij ons relatief gezien minder bewegen dan in de vrije natuur, moeten we er voor zorgen dat de vogels niet te veel koolhydraten tot zich kunnen nemen. Suikers worden ook omgezet in energie voor de vogel. Dus ook hier moeten we behoedzaam mee omgaan. Het belangrijkste om de vogels dit gras te verstrekken is om verveling te voorkomen.