Door Aswin Lemmens
De meeste onderdelen van de den (Pinus) worden medicinaal gebruikt bij de mens en dier. De onderdelen zijn, de zaden, de naalden, dennenappels, het hars en de naaldknoppen. De takken worden in vogelverblijven o.a. gebruikt als camouflage bij nesten zodat de vogels rustig kunnen broeden. De naalden en het schors kunnen gebruikt (vers en gedroogd) worden in de emmer met gedroogde kruiden om parasieten te verdrijven en luchtverversing. De dennenappels kunnen enerzijds gebruikt worden voor het zaad en anderzijds om er thee van te trekken. Amerikaanse sijzen komen over het algemeen uit gebieden met veel dennenbossen. Van de dennen met de kleinere dennenappels, als deze appels gedroogd zijn, eten de Amerikaanse sijzen het zaad. De dennennaalden worden gebruikt bij de nestbouw om, door de etherische olie, parasieten te verdrijven.
Naaldbomen kennen we in veel soorten en komen over de hele wereld voor. Er zijn meer dan 100 soorten. De meeste soorten komen voor in gematigde gebieden. Ook in de tropen komen er enkele voor. In de noordelijke gebieden hebben de naaldbomen over het algemeen de overhand in de bossen. In Europa komen verscheidene soorten voor, hier heeft de Ablies alba de overhand. Dit is ook de soort die het meest te lijden heeft onder de zure regen. Het hout van de dennen wordt grenen genoemd. Als we het hebben over dennenzaad, maken we geen onderscheid tussen dennen en sparren. Het onderscheid is duidelijk te maken aan de hand van de groei van de dennenappels. De appels van de den groeien hangend aan de takken en bij de spar groeien de appels staande op de takken.
De naam Pinus, die wij ook kennen uit de wetenschappelijke naam van de Dennensijs (spinus) pinus, heette vroeger “Pijnboom” of “Mastboom”.
Duits: Kiefer of Tanne.
Engels: Pine.
Frans: Pin.
– Etherische olie:
# Terpenen
# Limoneen
# Fellandreen
# Pineen
– Harsen
– Bitterstoffen
– Vitamine C
Etherische oliën noemt men ook wel vluchtige oliën. Deze oliën komen in planten als vloeibare stof voor, doordat ze vluchtig zijn verdampen ze bij verhitting, ze zijn oplosbaar in alcohol en andere organische oplossingen. Als ze vers zijn, zijn ze kleurloos. Het zijn ook stoffen die goed smaken en goed ruiken en laten geen vlekken achter op papier zoals de vette of vaste stoffen. De hoofdbestanddelen van etherische oliën zijn samengestelde verbindingen van terpenoïde stoffen. Veel planten die etherische oliën bevatten worden gekweekt voor de voedings- en parfumindustrie. De etherische oliën hopen zich op in bepaalde weefstels, in speciale cellen of celruimten. In de planten komen ze voor als druppels in een bepaald deel van de planten. In de andere delen van de plant is de etherische olie minder van kwaliteit. Het hoogst van concentratie zijn de etherische oliën bij stabiel warm weer, wat hierdoor dan ook de beste oogsttijd is voor het winnen van deze olïen. In de geneeskunde worden de etherische oliën op verschillende manieren gebruikt. Het plantendeel waarin ze zitten kan in onbewerkte vorm worden gebruikt. Ook is het mogelijk de oliën te winnen uit de gedroogde of verse planten door middel van distilatie met stoom of water of door extractie in alcohol. Een aantal geïsoleerde componenten van etherische oliën heeft belangrijke geneeskrachtige eigenschappen: menthol uit muntsoorten en thymol uit tijm. Etherische olie uit anijs wordt bijvoorbeeld alleen als geur- of smaakstof gebruikt. Karwij etherische olie is daarentegen een spijsverteringsbevorderend middel. Overmatig gebruik van etherische oliën moet verkomen worden, het kan lijden tot buikpijn en bij gebruik van grote hoeveelheden tot vergiftiging. Etherische oliën en de plantendelen waarin zich deze oliën bevinden, kunnen we bewaren in luchtdichte verpakkingen en op een donkere plaats. Aan licht en lucht blootgesteld, worden echterische oliën harsig, gaan oxyderen, verliezen hun aroma en de werking verslechterd aanzienlijk.
Hars wordt vaak genoemd in een adem met etherische olïen. Ze komen voor in planten, bomen en struiken en in het bijzonder met naaldbomen. Sommige harssoorten zijn afgeleiden van fenol (carbolzuur). Deze harssoorten komen ofwel voor als vaste stof die bij verhitting zacht wordt en smelt, ofwel opgelost in etherische olïen als basen. Net als etherische olie worden ze geproduceerd door speciale cellen en afgescheiden in holten van naaldbomen of in harsbuisjes. Door de zuurgraad van de harsen hebben ze een reinigende werking in de darmen ten opzichte van schimmels en bacteriën. Verder kann het een goed middel zijn ter genezing van luchtweg aandoeningen in de vorm van damp inhalering.
Deze verbindingen hebben stuk voor stuk een sterk bitter smaak en prikkelen de smaakorganen, waardoor de eetlust en de stroom van het maagsap, wat de spijsvertering verhoogt, gestimuleerd wordt. Andere bitterstofverbindingen verhogen de urineproduktie. Geneeskundige bitterverbindingen zijn terpenoïde stoffen.Deze kunnen in sommige gevallen onttrokken worden aan azuleen of bestaan uit glycosiden. Deze bitterstoffen worden veel gebruikt in theesamenstellingen. Bitterstoffen bevorderen de spijsvertering. Voor vogels belangrijk onder andere bij het aanpassen van nieuwe voeding. Ook een goed middel om wildvang vogels te wennen aan zaad. Bitterstoffen komen voor in groenten zoals witlof enz. maar ook in de groene delen van de meeste kruiden. Alle onderdelen van naaldbomen bevatten bitterstoffen. Hars heeft ook een desinfecterende werking. Dit komt door de looistoffen in het hars. Bij vogels een goed middel bij wonden of kloven aan de poten. ook de afdichtende functie van hars werkt desinfecterend.
Vitamine C komt veel voor in vruchten, zoals zwarte bessen, rode paprika en duindoor, in de bladeren van de paardebloem, netel, peterselie en waterkers. Maar ook in naaldbomen, zoals de dennenappel, naalden, enz. Vitamine C is belangrijk voor wondgenezing, opbouw weerstand, verbeterd de opname van ijzer uit de voeding en is een antioxidant (gif afbreker).
Dennenappels en ook het zaad van de dennenappels bevatten caroteen. Carotenoiden zijn gele of rode pigmenten die in alle fotosynthetische planten voorkomen. Samen met anthocyaniden zorgen ze ervoor dat de bladeren in de herfst hun bladgroen verliezen en verkleuren. Er zijn twee soorten carotenoiden: carotenen en xanthofyten. Carotenen zijn koolwaterstoffen die in het lichaam worden omgezet in vitamine A. Xanthofyten zijn geoxydeerde afgeleiden van carotenen en hebben geen provitaminen A werking. Caroteen bevordert de rode, gele en groene bevederingskleur.
– Infectiewerend voor luchtwegen en urinewegen.
Voor de luchtwegen: dampbaden van etherischeolie van dennen, de vogel in een half dichte kooi, bijvoorbeeld een TT kooi met een schermpje, warmwater met etherische olie van dennen laten verdampen, ongeveer 15 minuten. Een aantal dagen herhalen.
Voor de urinewegen: etherische olie van dennen oplossen in het drinkwater.
– Antibactierele werking bij voedselvergiftiging, E. coli, etherische olie van dennen oplossen in het drinkwater.
– Slijmoplossend, etherische olie van dennen oplossen in het drinkwater.
– Urine afgrijvend, etherische olie van dennen oplossen in het drinkwater.
– Opwekkend, zaad en thee.
– Doorbloeding bevorderend, heeft positieve werking bij de rui. Een vogelhuid die goed door bloed is laat de nieuwe veren makkelijker door.
– Weefselherstellend vermogen van de beenderen.
– Heeft een positief effect op gewrichten bij jicht enz.
Welke zaadsoorten van de naalsbomen zijn te gebruiken voor de Amerikaanse sijzen: De drie te onderscheiden zaadsoorten van de naaldbomen zijn: – lariks- of lorkzaad.
– dennenzaad.
– sparrenzaad.
Lariks- of lork is de enige naalsboomsoort die in de herfst zijn naalden verliest. Dennen en sparren zijn te onderscheiden aan de groei van de appels. Dennenappels groeien hangend aan de takken en de appels van de sparren groeien staande op de takken. De larikszaden en de sparrenzaden zijn de soorten zaad die door de kleinere Amerikaanse sijzen soorten kunnen worden geopend om het binnenste van het zaad te kunnen eten. Dennenzaden szijn over het algemeen te hard, de grotere Amerikaanse sijzen soorten krijgen dit zaad wel open. Bijvoorbeeld de Baardsijs. De meeste naaldboomzaden zijn vetrijk, dus met mate geven anders worden de vogels te vet. Dit geldt zeker voor vogels die in een beschermd milieu (binnen) gehouden worden. De grovere dennenzaad kunnen geweekt worden, net als kiemzaad, en het kan ook grof gemalen worden in de koffiemolen. Op deze wijze kunnen we ook deze grovere dennenzaden aan de Amerikaanse sijzen voeren, ze hebben dan geen problemen om de zaden te openen. Het kan onbeperkt gegeven worden. Zo is bekend van Aleppo-zaad, dat ook een grof zaad is, dat het infecties door schimmels of door megabacteriën helpt verkomen.
Larikszaad (lariks) gedroogd: – Ruw eiwit 7,4 %
– Ruw vet 10,7 %
– Stof 28,2 %
– Ruwe vezel 52,8 %
– As gehalte 2,0 %
Sparrenzaad: Zilverspar, (Abies alba) gedroogd: – Ruw eiwit 11,9 %
– Ruw vet 26,1 %
– Stof 27,9 %
– Ruwe vezel 31,4 %
– As gehalte 2,7 %
Fijnspar, (Picea abies) gedroogd: – Ruw eiwit 22,4 %
– Ruw vet 35,1 %
– Stof 12,4 %
– Ruwe vezel 25,4 %
– As gehalte 4,7 %
Dennenzaad: Grove Den, (pinus sylvestris) gedroogd:- Ruw eiwit 40,5 %
– Ruw vet 27,7 %
– Stof 6,1 %
– Ruwe vezel 18,5 %
– As gehalte 7,2 %
Zee-den, (pinus maritima) gedroogd: – Ruw eiwit 22,4 %
– Ruw vet 22,8 % tot 25 %
– Stof 13,8 %
– Ruwe vezel 36,5 %
– As gehalte 4,5 %
Alpen-den, (pinus cembra) gedroogd: – Ruw eiwit 6,6 % tot 11,3 %
– Ruw vet 14,9 % tot 26 %
– Stof 46 % tot 98,2 %
– Ruwe vezel 30,9 % tot 98,2 %
– As gehalte 1,6 %
Dennenappels bevatten veel vezels die een lichaam nodig heeft om te kunnen groeien en voor de aanvulling van de celafbraak. Zoals we allemaal wel weten bevatten dennentakken (die we ook in de verblijven van de vogels ophangen) hars. Hars is een bitterstof die het lichaam helpt zich te reinigen. Naast bovengenoemde eigenschappen van de dennenappel, bevat deze ook caroteen, dit is dan ook een van de redenen dat kruisbekkenkwekers het op deze wijze aan hun vogels verstrekken. Ook kruisbekken hebben een rode bevedering zoals we allemaal weten, dus caroteen is daarvoor hard nodig om de bevedering zijn rode kleur te behouden. Ook voor de bevederingskleuren geel en groen is caroteen belangrijk. Hoe we aan dennenappels komen voor de thee die we maken, ligt enerzijds voor de hand maar anderzijds is het ook oppassen. Ja, voor de hand ligt het dat we ze zelf rapen of plukken in het bos. Van de grond oprapen is een verzamelmethode die niet aan te raden is. Op de grond in het bos zijn altijd schimmels actief bij het verteringsproces van bladeren en ander afval van het bos. Deze schimmels kunnen ook al actief zijn in de dennenappels die we oprapen en hebben grote nadelige gevolgen voor onze vogels. Als we de dennenappels kunnen plukken is dat gevaar niet of nauwelijks aanwezig. Een ander methode is om ze te kopen. In de betere dierenspeciaal zaken kom je ze wel eens tegen. Welnu, hoe bereiden we nu dennenthee voor onze vogels. Kook zoveel water als je nodig hebt, in dat gekookte water doe je per halve liter water een dennenappel en wat gedroogde bosvruchten. Dit alles laten we 24 uur trekken, zodat de stoffen kunnen vrijkomen. Dan zeven we de thee en kunnen hem aan de vogels geven. Dit doen we een of twee maal per week. De gedroogde bosvruchten, bessen, bevatten veel vitaminen, looistoffen, vezels en caroteen, wat natuurlijk weer mooi meegenomen is. Daar dennenappelthee nogal bitter van smaak is wordt door de bosvruchten de smaak wat aantrekkelijker voor de vogels.
Dennenappels en hun zaden zijn zeker een voeding die wij onze vogels niet moeten onthouden. De vorm die wij kiezen, of alle vormen, om de vogels profijt te laten hebben van de werkzamestoffen van dit voedingselement is aan iedereen zelf. Afwisseling in de voeding, zal ten goede komen aan de conditie, wat weer zijn positieve uitwerking heeft op het kweken met de vogels. We zullen er alles aan moeten doen om het vogelbestand in tact te houden. Terugvallen op vogels uit het wild zal steeds moeilijker worden.