Deze sijs lijkt veel op de magellaansijs, maar hij leeft in hogere gebieden en in een heel andere habitat. De poppen zijn dieper zwart getekend. Er is ook een kleine habitatoverlapping. Er waren ook wetenschappers die beweerden dat de olijfsijs een ondersoort van de zwartkop was, maar in 1989 hebben we een eigen status gekregen, omdat ze toch een eigen leefstreek en habitat hebben.
De kop, hals, nek en stukje borst zijn zwart. In de nek sluit het olijfgroen van de rug aan bij het zwart van de nek. Onder de wang zit een gele band tussen rug en wang. De rug is olijfgroen met zwarte streepjes en de stuit is heldergeel, overgaand in olijfgroen en zwart. De staart is zwart met brede vlaggen aan de basis van 4 tot 5 staartpennen. De vleugels zijn zwart. De eerste dekveren olijfgroen gelig, de tweede rij zwart met gele uiteinden, die een boog over de vleugel vormen. De buitenste pennen zijn zwart met een gele spiegel in de vorm van een boog met een rechthoekig vlak eraan. Onder deze spiegel zijn de vleugelpennen breder geel omzoomd naar de binnenste pennen. De borst, buik en onderlijf zijn warm geel. De poten zijn donker met zwarte nagels en de snavel hoornkleurig.
Zij heeft geen tekening op kop. De wangen zijn olijfgroen evenals de kop/ De rug is olijfgroen en de stuit is helder geel.
De staart is zwart met lichte vlaggen aan de basis van de staartpennen ( de buitenste). De vleugels zijn zwart met nagenoeg dezelfde tekening als de man, de tekening is iets smaller en lichter van kleur. De borst, buik en onderlijf zijn donkerder geel olijfgroen. De poten zijn lichter dan van de man en de snavel is donkerder dan de man. Jong: Lijkt op de pop, heeft echter minder tekening in vleugels . De borst is gestreept. De stuit is donker geel en het onderlijf groenig. De startvlaggen zijn licht aanwezig. De kop, nek en rug zijn gestreept bruin.
Deze sijs leeft in het Andesgebied: In zuidoost Ecuador, noord Peru en in Bolivia.
Het is een vogel van de subtropische streken, die leeft tussen de 1200 en 3000 meter. Hij leeft in bossen en akkers en op open vlakten. Ze komen meestal voor in paren en in de winter in grotere groepen. Het is een actieve mooi bewegende vogel.
De sijs foerageert meestal in dennenstruiken en velden met grassen.
De roep lijkt op de roep van de magellaansijs. Ook de zang is gelijk aan die van de magellaan.
De olijfsijs kent geen ondersoorten.
De ringmaat van deze sijs is 2,5 mm.
