Paardenbloem

Door A. Lemmens.

Deze plant heeft een grote waarde als voedingsplant voor onze vogels. Meerdere bestanddelen van deze plant zouden aan onze vogels niet onthouden moeten worden. Dit in verband met de conditie van de vogel, maar ook omwille van een goed verenkleed.

naamgeving:
Wetenschappelijke naam is Taraxacum officinalis
Engels: Dandelion,
Duits: Löwenzahn,
Frans: Pissenlit,
Spaans: Diente de leon

Familie: Samengesteldbloemige Composi

Beschrijving:
De paardenbloem is een algemeen voorkomende plant in de hele wereld. Ze is overal te vinden. Wie kent de felgele weilanden niet in het voorjaar. Tussen de tegels van onze trottoirs ziet de plant nog mogelijkheden om groeien. Op braakliggende terreinen neemt ze snel de overhand. De bladeren zijn rozetvormig gerangschikt om de lange penwortel. De bladeren zijn glad, spatelvormig en onregelmatig gekarteld. Het is een overblijvende plant die 10 tot 30 cm hoog kan worden. De stengels zijn hol, kaal en bevatten wit melksap. De gele bloemen zijn eigenlijk geen bloemen op zich zelf, maar zijn een samenstelling van kleine bloemetjes. De buitenste omwindselbladeren zijn neergeslagen. De hoofdbloei valt in mei. De plant kent ook een tweede hoofdbloei en die valt in augustus. De felgele bloem opent zich als de temperatuur boven de tien graden is en sluit zich bij de schemering. Ook bij regen zullen de bloemen gesloten blijven. Dat het een bijzondere plant is blijkt ook wel uit het feit dat ze naast de twee hoofdbloeiperiodes ook nog een derde en vierde bloeiperiode kent, namelijk het ontwikkelen van de vruchtpluis. Door dit vruchtpluis worden de zaden verspreid in de wind.

Werkzame stoffen van de plant:
In de plant zijn de volgende werkzame stoffen aanwezig: Bitterstoffen, sesquiterpeenlactonen, triterpeen, stereol, flavonoïden (quercetine, luteoline, apigenine, isorhamnetine), polysaccharides, coumarinen (cichoriine en aesculine), vitaminen C, D, E, verschillende B vitaminen, choline, carotenen, kalium, natrium, magnesium, ijzer, koper, zink, calcium

De geschiedenis van de plant:
De botanische benaming van de plant is Taraxum officinalis komt van het Grieks “taraxos” en betekent wanorde en van”aka” wat staat voor remedie. De naam “officinale”betekent “uit de apotheek”. De Spaanse benaming betekent leeuwentand en verwijst naar de getande bladeren. Deze verwijzing komt ook voor in de Engelse – en Duitse naam, “Dandalion” en Löwenzahn. De Franse benaming “pissenlit” (pis in bed) verwijst naar de vochtafdrijvende eigenschappen van de paardenbloem. De Nederlandse naam is ontstaan door het feit dat dit kruid gewild is bij paarden maar ook bij varkens en konijnen. In Nederland zijn tenminste 250 microsoorten bekend van de paardenbloem. Microsoorten zou je ook omschrijven als mengsoorten. Omdat deze microsoorten maar kleine verschillen vertonen is afgesproken dat ze allemaal onder de hoofdbenaming vallen.

Wat leuke oude wijsheden.
– Vroeger rookten boeren hun woonhuis en stallen uit met paardenbloemen. Men deed dit om de boerderij te reinigen van allerlei onzuiverheden.
– De vruchten van de paardenbloem werden gezien als orakel. Het aantal zaadpluisjes dat op de bloem bleef staan na het wegblazen, geeft het aantal kinderen aan die je krijgt.
– Als je alle zaadpluisjes in een keer kon weg blazen mocht je een wens doen

Het medicinale gebruik:
De wortel is leverversterkend, galopwekkend, laxerend en ontgiftend. De wortel is het heilzaamste voor de lever. Bij ontsteking van de galblaas, lichte geelzucht, indigestie (storing van de spijsvertering)chronische constipatie (verstopping) en constipatie tijdens zwangerschap. De bladeren zijn urinedrijvend en voedzaam. Het blad stimuleert het urineren. Te gebruiken bij het niet kunnen plassen, nierstenen, bedplassen en bij blaasontsteking. De wortel en de bladeren samen worden gebruikt bij het ontgiftigen van de lever en de nieren. Deze combinatie is ook te gebruiken bij chronische pijnklachten, reuma, gewrichtontsteking en huidaandoeningen. Het melkachtige sap werkt goed tegen wratten. Van deze bestanddelen zijn er in de handel tincturen te koop.

Andere benamingen voor paardenbloem zijn:
Drenthe hondstong.
Groningen hondebloem.
Limburg en Vlaanderen pisbloem.
Zeeland pissebed, pissebaede, pisseblomme en melkwiet.
Texel konijnenbladeren.
West-Friesland brievenbesteller (dit laatste slaat op het vruchtpluis dat de zaden als brieven besteld).

De paardenbloem voor onze vogels:
De plantenbestanddelen van de paardenbloem, wortel, blad, bloemen en zaad, zijn waardevolle voedingsmiddelen voor onze vogels. De wortel is leverversterkend zoals we zagen. Voor vogels, kapoetsensijs, die we synthetische kleurbevorderaars geven voor her rood in de bevedering te stimuleren, weten we dat deze middelen nog al belastend zijn voor de lever. Een worteltinctuur van de paardenbloem in het drinkwater of het eivoer kan deze leverbelasting verminderen. Deze tinctuur is te verkrijgen in de Natuurwinkels of Reformwinkels. Ook voor spijsverteringsproblemen bij onze vogels is deze tinctuur een hulpmiddel. De Bladeren kunnen als groenvoer aan de vogels gegeven worden. Jonge bladeren worden het beste opgenomen. Ze zijn zeer voedzaam. Echt gek zijn ze er niet op. Het zaad is een belangrijkvoedingsmiddel voor onze vogels. Het gaat dan om het halfrijp- en het rijpzaad. Het is rijk aan plantaardig eiwit. Een belangrijk voedingselement in het opgroeien van de jonge vogels. In de periode van de rui zijn eiwitten van belang om nieuwe veren te kunnen ontwikkelen. Bij het ontwikkelen van de kleuren groen, geel en rood zijn de carotenoïden van goed belang. Even zoals bij andere medische aspecten in de opbouw van het lichaam van de vogel. Carotenen zijn een van de vele werkzame stoffen die de paardenbloem bezit. In de plantenwereld komt ook vitamine A voor in de vorm van carotenoïden, vergelijkbaar met provitamine A, die in het vogellichaam omgezet kan worden in vitamine A. Door deze carotenoïden te gegeven, waaruit de vogel vitamine A kan aanmaken naar eigen behoefte, is de kans op overdosering aanzienlijk verminderd. De vogel bepaalt zelf hoeveel provitamine A er omgezet wordt in vitamine A . In heel wat wetenschappelijke studies wordt aangetoond dat carotenoïden de weerstand verhoogt tegen ziektes. Het opnemen van ß-caroteen stimuleert de vorming van antistoffen en witte bloedlichaampjes en ondersteunt hiermee de immuniteit van de vogel. Door hun werking als biologisch antioxidant hebben carotenoïden ook een celbeschermende functie in het lichaam. In bepaalde studies gaf het vervangen van Vitamine A door ß-caroteen ook een aanzienlijke verbetering van de kweekresultaten. Het oogsten van het zaad. Na de bloeiperiode in mei en augustus kunnen we het zaad oogsten. Op het moment dat zich het pluis gaat vormen kunnen we de zaadknoppen plukken. Het zaad is dan half rijp. Vlak voor dat de pluisknoppen open gaan kunnen we de rijpe zaden plukken. Het lijken dan net bloemknoppen die nog niet open zijn. Het verschil in bloemknop of zaadknop is te zien aan de kleur. Bloemenknoppen die nog niet open zijn, zijn geel van kleur in het knophart en de zaadknop is wit van kleur. Het pluis is wit van kleur en aan dit pluis zitten de rijpe en halfrijpe zaden. De geplukte zaadknoppen zijn goed te bewaren in de diepvries. Voor dat we de zaden invriezen, moeten we eerst het pluisgedeelte van de knop af knippen. Anders krijg je veel rond dwarrelend pluis in je hokken. Een voorraad aanleggen van de zaadknoppen is belangrijk voor degene die vroeg gaat broeden. Als het voorjaar koud is zijn er pas laat paardenbloemen te vinden. Daarom is een voorraad aanleggen voor het volgende jaar van belang. De zaadknoppen goed ontdooien voor we ze aan de vogels gegeven. De knoppen ontdooien vrij snel. De lege zaadknoppen verwijderen. Er kunnen schimmels op ontstaan die niet goed zijn voor de vogels. De vogels zijn gek op deze zaden en ze voeren ze graag aan de jongen.