Voorwoord 2016

Voorwoord.

Sijzenbulletin nummer 4.

Twee onderwerpen wil ik dit keer aan de orde stellen.
Ten eerste is het zo dat er geregeld nieuwe leden bij onze werkgroep komen. Het is daarom raadzaam deze leden goed op de hoogte te houden van de mogelijkheden die de werkgroep aan de leden biedt. Een van deze mogelijkheden is, dat leden Amerikaanse sijzen kunnen verhandelen op onze beide ledenbijeenkomsten in Soest. Bij de bijeenkomst in oktober is het ook mogelijk om vogels te laten keuren. Ik vind het belangrijk om dit hier ter sprake te brengen om er zoveel mogelijk voor te zorgen dat de meeste gekweekte Amerikaanse sijzen in de gelederen blijven van de kwekers. We zien te veel vogels via handelaren verdwijnen naar het buitenland. Naast de beide bijeenkomsten is het ook mogelijk om vogels te verhandelen via onze website en om door te geven aan Henk van Marwijk dat je vogels te koop hebt. Ik blijf er op hameren, een andere manier om aan vogels te komen is er tenslotte niet meer of beter gezegd bijna niet meer. Er worden heel weinig vogels geïmporteerd. Dat zal eerder minder worden dan meer. Laat dat alstublieft duidelijk zijn.

Een tijd geleden hebben we aan de leden gevraagd of ze willen noteren hoe de verhouding is van het kweken van mannen en poppen. Dit hebben we gedaan omdat we regelmatig te horen krijgen dat men de ene keer veel meer mannen kweekt dan poppen en omgekeerd. Wij willen graag er achter zien te komen waardoor dat komt. Om een duidelijk beeld te krijgen naar de verhouding tussen het kweken van mannen en poppen hebben we meer gegevens nodig. Op onze eerste oproep hebben slecht vier kwekers gereageerd. Dat is te weinig. Om toch meer reacties te krijgen, hebben we afgesproken in Soest, dat we een mogelijkheid gaan maken om via de website hierop te kunnen reageren. Als we genoeg reacties hebben ontvangen, kunnen we de verkregen gegevens voorleggen aan personen die we kennen waarvan we denken dat ze ons kunnen helpen om dit vreemde verschijnsel op te lossen. Kwekers die ook willen reageren en geen computer hebben, kunnen ons bellen of schrijven.

Tot slot wil ik, namens het bestuur, via dit voorwoord iedereen prettige feestdagen toewensen en een voorspoedig 2017.

Wim Schrijver.


Voorwoord.

Sijzenbulletin nummer 3.

Dit keer wil ik het met jullie over twee onderwerpen hebben, waarvan ik vind dat ze belangrijk zijn.

Ten eerste wil ik jullie, kwekers van Amerikaanse sijzen, attent maken op het feit dat de laatste tijd bijna geen sijs meer te kopen is. Zelfs ook zijn er geen vogels meer te koop van de soorten die veel gekweekt worden zoals Kapoetsensijs, Magellaansijs enz. zeker voor beginnende kwekers is dat een groot probleem. Kwekers van andere vogelsoorten zijn nog aan het overstappen op het kweken van Amerikaanse sijzen. Voor hen is het dan een groot probleem als ze ontdekken dat ze geen vogels kunnen kopen. Regelmatig moeten wij dan zeggen, helaas op dit moment zijn ze niet te koop. Dit probleem ontstaat, volgens mij, uit het feit dat te veel Amerikaanse sijzen, die gekweekt worden, te snel naar een opkoper gebracht worden. Dit blijkt ook uit een rondgang bij een aantal opkopers. Zij exporteren de laatste jaren veel Amerikaanse sijzen naar het buitenland. Wij willen jullie dan ook vragen de overtallige vogels eerst aan te bieden aan leden van onze club. Daar zijn een aantal mogelijkheden voor via onze werkgroep. Een gratis advertentie voor leden in dit blad het Sijzenbulletin, een gratis advertentie voor leden op onze website, doorgeven, telefonisch, aan Henk van Marwijk dat je vogels te koop hebt en vogels die je wilt verkopen meebrengen naar de ledenbijeenkomsten in Soest. Laten we hier eens wat vaker aan denken.

Het twee onderwerp, waar ik het met jullie over wil hebben, heeft te maken met de wetenschappelijke geslachtsnaamswijziging van de Amerikaanse sijzen en de Elzensijs. Met ingang van 2009 is internationaal afgesproken dat de geslachtsnaam voortaan niet Caduelis meer zal zijn maar Spinus. Een gevolg hiervan, het gaat hier te ver om dat volledig uit te leggen hier, dat alle soortnamen die eindigen op een A, voortaan eindigen op US. Dit heeft te maken met Latijn en Griekse taalkundige redenen. Degene die meer uitleg wil hebben hierover, kan onze website raadplegen of bellen met Aswin Lemmens. Een voorbeeld van deze wijziging: De Baardsijs was eerst Carduelis barbata, de nieuwe naam is: Spinus barbatus.

Tot ziens bij de ledenbijeenkomst.

Wim Schrijver.


Voorwoord.

Sijzenbulletin nummer 2.

Vaak krijgen wij te horen van leden dat ze veel onbevruchte eieren hebben bij hun vogels of dat de vogels helemaal niets doen met betrekking tot het broeden. Men wil dan graag horen wat de oorzaak hiervan is. In een discussie met Aswin Lemmens kwam dit onderwerp ook ter sprake. Een van de belangrijkste oorzaak hiervan ligt bij de kwekers zelf. Wij denken maar dat we twee vogels bij de veren nemen en ze in een broedkooi zetten en dat vogels zomaar tot broeden over gaan. Het is maar de vraag of er tussen de twee vogels, die wij bij elkaar hebben gezet, een “Natuurlijke klik“ is.
Onderzoek van Duitse biologen geeft aan dat vogels die aan elkaar worden opgedrongen veel minder jongen groot brengen, maar liefs 37% minder, dan vogels die hun partner zelf hebben kunnen kiezen. De vrouwtjes gaan minder in op de hofmakerij van het mannetje. De mannetjes hebben veel minder aandacht voor het nest met jongen, voeren veel minder de jongen mee. het aantal eieren zijn veel minder bevrucht. Er sterven meer jongen in het nest doordat de man minder mee voert. Wat die “Natuurlijke klik” inhoudt, die dus nodig is om goede broedresultaten te hebben, wordt nog verder onderzocht. In onze situatie, meerdere vogels in een hok, is het moeilijker om er achter te komen welke vogels voor elkaar hebben gekozen. Kleurklemringetjes kunnen hierbij uitkomst bieden. Aan de hand van deze kleurringen is duidelijk te zien welke vogels elkaar het hof maken.
Een ander aspect wat hier ook een rol bij speelt is het huisvesten van de mannen en poppen in de rustperiode. De meeste kwekers zetten de mannen samen in een vlucht en de poppen samen in een andere vlucht. Je haalt de vogels die de “Natuurlijke klik” hebben uit elkaar. Als je deze situatie betrekt bij de situatie van het Duitse onderzoek, heeft dat ook nadelige gevolgen voor het broedproces dat er aan gaat komen. Willen we beginnen met broeden dan worden meestal de poppen het eerst in de broedkooi gezet en een week later gaat de man er bij. Als de vogels al een “Natuurlijke klik” met elkaar hebben, hebben de vogels zeker een à twee weken nodig om aan elkaar te wennen. Conclusie, in de rustperiode de vogels met die “Natuurlijke klik” bij elkaar. Dus geen vluchten met alleen mannen en vluchten met alleen poppen. De vogels met die “Natuurlijke klik” in één ruimte houden in de rustperiode. Dat kunnen ook meerdere koppels per vlucht zijn.

Veel succes.

Wim Schrijver.


Voorwoord.

Sijzenbulletin nummer 1.

We zijn weer gestart met ons verenigingsjaar.
De eerste activiteit zit er weer op. Vogel 2016 was voor ons een groot succes. In april komen we voor het eerst dit jaar bij elkaar in Soest. We hopen weer op de ons gebruikelijke opkomst. Het is zeker weer de moeite waard.
Een tijdje geleden sprak ik met een van onze leden over het broeden. Veel zaken met betrekking tot de kweek kwamen te sprake. Bijvoorbeeld, het koppelen van de broedparen, nestbouw, eieren die niet bevrucht waren in de eerste ronde, het voeren van de jonge vogels door de oudere vogels, enz.
Een aantal van de vogels die gekoppeld waren, waren erg onrustig. Hierover hebben we toen een uitvoerig gesprek gehad. Omdat deze ervaringsuitwisseling nogal wat interessante aspecten had, wil ik deze ervaring graag delen, zodat er meerdere kwekers iets aan hebben.
Onrust bij de gekoppelde vogels kan meerdere oorzaken hebben. Vogels die zich van nature niet liggen, qua karakter.
Een van beide of beide vogels zijn nog niet broedrijp.
De broedkooi van de vogels staat niet op geschiktste plaats, veel Amerikaanse sijzen willen overzicht hebben in de ruimte. Ze broeden dan ook het liefst aan het voorfront. Werkt het plaatsen van het nest aan het voorfront niet, is het de moeite waard om het nestkastje en het voorfront te camoufleren met dennentakken. Dat zou ook meer rust kunnen geven bij de vogels.
De vogels kunnen ook nog te jong zijn om in broedstemming te komen. Vogels moeten minimaal negen maanden oud zijn.
Ook met voer zijn vogels in broedstemming te brengen. Geschikte eiwithoudend zaad hiervoor is Hennepzaad ook wel Kempzaad genoemd. Ook is dit te bereiken door de vogels insecten te geven, bijvoorbeeld pinkies. Met mate geven anders worden ze te broedrijp met alle gevolgen van dien. Mannen die achter de pop gaat aanjagen zodat ze niet tot broeden komt.
Werkt dit alles niet, dat zit er maar één ding op, de man aan een andere pop koppelen en de pop aan een andere man koppelen.
Goede broedparen zou je eigenlijk in de rusttijd niet uit elkaar moeten halen. De vogels hoeven dan niet aan elkaar te wennen. Daar heeft niet iedereen de ruimte voor. Iedereen succes gewenst.

Wim Schrijver.