Vitamine en mineralen.

Deze stoffen zijn te onderscheiden in de volgende categorieën:

 vitaminen
 mineralen
 spoorelementen

Over deze stoffen zijn vele publicaties gedaan de laatste jaren. In dit boek gaat het te ver om deze stoffen tot in detail te beschrijven. Degene die hierin geïnteresseerd zijn zullen deze publicaties moeten raadplegen via bibliotheek of op een andere manier. Gezien we een basiskennis nodig hebben om te komen tot een verantwoorde voedingskeuze voor onze vogels, zal ik wel globaal op deze belangrijke stoffen voor het lichaam van mens en dier ingaan.

VITAMINEN
Vitaminen zijn organische stoffen, welke noodzakelijk zijn om het leven in stand te houden. Zij kunnen, op enige uitzonderingen na, niet door het lichaam zelf worden aangemaakt. Dus dienen zie een onderdeel te zijn van de voeding. Vitaminen kunnen de normale voeding niet vervangen. Dit geldt voor alle stoffen van dit hoofdstuk. De meest voorkomende vitaminen in de voedingsleer zijn: A, B1, B2, B3, B5, B6, B12, B13, B15, B17, biotine, foliumzuur, choline, inositol, para aminobenzoëzuur, bioflavoïde (P), D, E en F.

Vitamine A is vooral belangrijk voor de slijmvliezen en huidweefsel (aanmaak van RNA), het verbetert het gezichtsvermogen en stimuleert het afweersysteem. Bètacaroteen (pro-vitamine A) kan in vitamine A worden omgezet. Bètacaroteen is ook een belangrijke antioxidant in vetweefsel (beschermd tegen kanker) en is de kleurstimulans voor de veren in de rui.

De vitaminen B1, B2, B3 en B6 vervullen een belangrijke taak in de stofwisseling van koolhydraten en eiwitten. B1 is ook van belang in het zenuwweefsel. B2 is nodig voor de aanmaak van antioxidanten en heeft een taak in het proces van energieopwekking. B3 is van belang bij de bloedcirculatie in de kleine haarvaten. B5 is zeer belangrijk voor de functie van de bijnieren en hypofyse, waardoor het ondermeer een anti stresswerking heeft evenals B12. B15 heeft o.a. een ontgiftende werking en B17 een hartbeschermende werking.

Biotine repareert beschadigingen van celstructuren (DNA). Het foliumzuur heeft ook een anti stresswerking.

Vitamine C speelt een belangrijke rol bij veel lichaamsfuncties. Het kan door het lichaam niet worden aangemaakt. Het moet dus rijkelijk in de voeding aanwezig zijn. Bij de afweer en het immuunsysteem speelt deze vitamine een belangrijke rol.

Vitamine E is van belang bij in het bijzonder door de antioxidatieve werking in vetweefsels (antioxidanten zijn gifopruimers).

Vitamine F staat voor meervoudig onverzadigde vetzuren (lijnzaadolie, saffloorolie, zonnebloemolie). Deze meervoudig onverzadigde vetzuren zijn voor het lichaam in meerdere opzichten van belang: hormoonproductie, opbouw celwanden, zuurstofvoorziening van het weefsel, zenuwweefsel en hersenstofwisseling. Choline en inositol zijn de regelaars van de stofwisseling.

DE MINERALEN
Mineralen zijn kristalfijne stoffen van natuurlijke oorsprong, die essentieel zijn voor een menselijk of dierlijk lichaam. Zowel dier als mens zijn volledig afhankelijk voor hun mineralenvoorziening van bronnen van buitenaf, omdat ze beide geen mineralen zelf kunnen aanmaken.

Ten aanzien van de functies van mineralen in het lichaam zijn er drie groepen te onderscheiden:
a. als materiaal voor vorming van beenderen, tanden, eieren en veren.
b. Als starter van enzymprocessen in het lichaam
c. Als regelaar voor evenwicht, hoeveelheid en samenstelling van lichaamsvloeistoffen.

Het is belangrijk te weten dat de opname van mineralen door het lichaam eerst dan goed verloopt, indien deze mineralen de structuur hebben van voedingsmineralen. En hier krijgen we het verschil tussen mens en dier.

Bodemmineralen, mineralen die uit de grond zijn opgenomen door planten en dieren kunnen in het dierlijk lichaam worden omgezet in voedingsmineralen. Dit gebeurt door toedoen van bepaalde zuren. Het menselijk lichaam kent deze omzetting niet. Dus kunnen wij geen bodemmineralen gebruiken, maar alleen maar omgezette mineralen, dit via planten en vlees.

Magnesium
—antistresswerking op het spierstelsel
— zuurbufferfunctie
— breekt cholesterol af
— preventief tegen nierstenen
— gunstige invloed op de bloedplaatjes

Zink en selenium
— zijn beide immuunsysteem versterkende stoffen
— antioxidatief (lost giftige stoffen op)
—- preventief tegen bloedvatvernauwing

Zink
— herstel weefselbeschadiging
— speelt een belangrijke rol in de stofwisseling

Selesium is een bestanddeel van een enzym dat van belang is bij de verdediging tegen vrije radicalen, die weefselbeschadigingen veroorzaken. Selesium werkt in deze samen met vitamine E. Tevens heeft het een regelende functie bij de chemische boodschappers in het lichaam.

SPOORELEMENTEN
Dit zijn een hele reeks chemische elementen die voor het organisme van belang zijn, zoals arseen, borium, nikkel, strontium, molybdeen, vanadium. Spoorelementen spelen vaak een rol als bestanddeel van verscheidene enzymsystemen. Borium en strontium spelen een rol bij het mineraliseren van botweefsel. In zeewater komen alle spoorelementen voor in de goede verhouding. Dus producten uit zee bezitten die ook. Algen zijn een bekende bron van spoorelementen. Het dierlijk lichaam heeft maar heel kleine hoeveelheid spoorelementen nodig.